Tijdens de Hanze-periode had Deventer vier weeghuizen, waaronder één achter het huidige waaggebouw. Dit waaggebouw werd gebouwd in een tijd waarin het niet goed ging met de stad. Door oorlogen en bezettingen werd de economie zwakker en stopten de jaarmarkten. Kooplieden kwamen niet meer naar Deventer en rijke mensen vertrokken. Juist in deze moeilijke periode, tussen 1528 en 1531, werd De Waag gebouwd. Dit maakt het een goed voorbeeld van ‘trage architectuur’: de bouw werd gestart terwijl de stad economisch achteruitging, waardoor de basis voor het gebouw eigenlijk al wegviel.
In het waaggebouw is een gevelsteen die herinnert aan de bouw. Op deze steen staat de datum 15 augustus 1528. Historische bronnen stellen dat de bouw in 1531 klaar was. Volgens de overlevering is het materiaal voor de bouw vooral afkomstig van twee Gelderse forten, Morgenster en Altena, die aan de overkant van de IJssel lagen. In 1643 werd een zandstenen bordes aan de voorkant toegevoegd. De eerste duidelijke afbeeldingen van De Waag komen uit de 17e eeuw, zoals een schilderij van Abraham Beerstraten uit 1665. Hierop is te zien dat het gebouw weinig is veranderd, behalve enkele deuren in de zijgevels die inmiddels verdwenen zijn.
De Waag heeft een laatgotische stijl en het bordes is rijk versierd in een laat-maniëristische stijl. Op het gebouw vallen een paar decoracties op. Binnenin zijn twee reliëfstenen met spottende afbeeldingen verwerkt. De afbeelding ‘Kiek in de pot’ verwijst naar fort Morgenster, dat dicht bij de stad stond. ‘Kiek uut de pot’ verwijst naar fort Altena en is een kopie van een steen die in 1945 werd verwoest. Aan de zijgevels zitten nog enkele kraagstenen met portretkoppen. Hierop stonden beelden die de spot dreven met de Hertog van Gelre, die moesten in 1532 verwijderd worden. Een gevelsteen met zespuntige ster, een morgenster en andreaskruisen aan de linkerzijgevel en de stenen met zon, maan en morgenster aan de rechterzijde verwijzen naar Bourgondische symbolen.
Aan de rechterkant van De Waag hangt een replica van de koperen ketel. De originele ketel is te vinden in het gebouw. In 1434 werd de muntmeester van de heer van Batenburg in kokende olie ter dood gebracht als straf voor het vervalsen van munten. In 1598 werd deze middeleeuwse straf afgeschaft. Eeuwenlang hing de ketel aan de buitenzijde van het gebouw om andere vervalsers af te schrikken. Zelfs op het schilderij van Beerstraten is deze ketel zichtbaar! Inmiddels hangt een replica van de ketel aan het waaggebouw. De originele ketel is in het museum te bewonderen. Meer weten over dit bijzondere stuk?
De Waag had soms een belangrijke openbare functie. Hier werden eden gezworen en publieke stedelijke regels bekend geweest. Om deze reden was een podium nodig en zo werd in 1643 het bordes tegen De Waag geplaatst. De vormgeving ervan is geïnspireerd door de klassieke oudheid. Dit zie je onder andere terug in de Toscaanse zuilen. Deze zuilen staan symbool voor kracht en sluiten daarmee goed aan bij de krijgshaftige functie van het gebouw. Dit zie je ook terug in de leeuwen die het wapen van Deventer dragen. De zes gebeeldhouwde hoofden aan het bordes verwijzen naar de handels- en krijgsfunctie van het gebouw en naar een rijk en roemrucht verleden. Om het bordes tijdens de Tweede Wereldoorlog te beschermen was er een met zand gevulde houten bekisting om aangebracht.